

Iona Stichting
Jaarverslag 2014
15
en soms zelfs twijfels op: alsof er aan de buitenwereld én aan de lezers van de
aanvraag eigenlijk niet echt is gedacht. Een oordeel vellen wordt voor hen dan
bijna ondoenlijk. Waardoor het toekennen van (een deel) van het aangevraagde
bedrag wordt bemoeilijkt, evenals het opstellen van een heldere, evenwichtige
motivatie voor een afwijzing die geen verdere discussie behoeft.
Iets soortgelijks geldt voor de evaluatie van een initiatief of project dat mede dank-
zij het toegekende geldbedrag ‘in de wereld is gezet’. Wat in het Nederlands wordt
aangeduid als de ‘kern van de zaak’ heet in het Engels ‘the heart of the matter’ –
welbeschouwd een prachtige uitdrukking. Want wat is het hart van, en in, de
materie? Hoe kun je dit waarnemen en hoe omschrijf je deze waarneming vervol-
gens zó, dat ook een buitenstaander zich er een voorstelling van kan maken, zich
er begrippen bij kan denken en er dan ook het juiste oordeel aan kan verbinden?
De Iona Stichting weet uit ervaring dat een perfect opgestelde aanvraag niet altijd
iets zegt over de kwaliteiten van het project zelf. Het omgekeerde is ook geregeld
voorgekomen: een wat vage, slordige aanvraag, met hier en daar de nodige leemtes
(waarover toch nog contact moest worden opgenomen) maar wel met voelbare
kiemkracht, bleek inderdaad tot een prachtig project te leiden, dat aan alle, door de
aanvrager zelf gestelde, doelen ruimschoots voldeed.
Dit neemt niet weg dat een aanvrager die zich er van bewust is dat het opstellen
van een aanvraag hem of haar niet eenvoudig valt, natuurlijk altijd een niet bij het
plan betrokken, maar ter zake kundige kennis kan vragen om eens met een
objectieve blik mee te lezen en de aanvraag op genoemde punten aan te scherpen.
Een goed plan verdient een zorgvuldige formulering, die uitnodigt om mee te
doen.
In het komende jaar wil de Iona Stichting hierin nog oplettender worden. Niet in
de laatste plaats omdat de stichting niet zomaar een som schenkgeld beheert, maar
met alle schenkers warme, persoonlijke betrekkingen onderhoudt of heeft mogen
onderhouden. De (oud)bestuursleden kennen de motivatie van de schenkers die
een fonds bij de stichting hebben ingericht en nemen in hun beslissingen deze
motivatie graag mee. Bij bijdragen uit een fonds waarvan de schenker is overleden
wordt door het bestuur zorgvuldig afgewogen of de schenker zich in deze
toekenning zou kunnen vinden. Is deze in overeenstemming met de wil en met de
warmte waarmee hij of zij zich met een bepaald gebied, een bepaalde toekomst-
impuls heeft verbonden? Het is bijzonder te merken hoe, in deze afweging,
de geldelijke waarde wordt omgevormd tot de geestelijke waarde die er voor de
schenker zo nauw mee was verweven – en hoe een bepaald bedrag hierdoor
vermenselijkt wordt, opnieuw een eigen gezicht en stem krijgt, soms over de dood
heen. Dat de Iona Stichting kán schenken, komt omdat ze in de eerste plaats een
ontvangende stichting is. Ook hierin. Dat de stichting hierom dankbaar is, en blijft,
is geen loze formule. In alle vergaderingen is het voelbaar: de stichting mag
schenken, en dat is in zichzelf al een geschenk. Het betekent tevens dat we onze
inspiratiebronnen zelf goed willen verzorgen en levend willen houden. Open,
kritisch, wakker, onbevangen – waarbij de bestuursleden regelmatig de eigen werk-
wijze tegen het licht houden, en willen veranderen als dit de vrijheid in beoorde-
lingen en beslissingen en de al eerder genoemde slagvaardigheid ten goede komt.
Het is nooit klaar of af, en daar waar er toch enige zelfvoldane behoudzucht
binnensluipt (‘We hebben dit altijd al zo gedaan en het functioneert nog prima’)
probeert iedereen elkaar wakker te houden. Inzichten kunnen niet binnenvallen,